Wandelen over begraafplaatsen

Categorie: Uncategorized

Overl. te Zuidlaren

Begraafplaatsen bij psychiatrische instellingen

Themanummer begraafplaatsen psychiatrische instellingen

In Nederland vind je zestien begraafplaatsen op (voormalige) psychiatrische instellingen. Beeldredacteur Bert Pierik maakte foto’s op Vrederust in Halsteren en op De Grote Beek in Eindhoven. Herdenkingsmonumenten noemen nu de namen van de anonieme patiënten van toen. Soms raakte zelfs een hele begraafplaats uit het zicht, zoals blijkt uit het artikel van Henk Mulder over de geschiedenis van de R.K. Begraafplaats Het Groot Graffel in Warnsveld.

Wandeling in Zuidlaren
Rond 1900 werden de psychiatrische ziekenhuizen buiten de steden gebouwd. Dat maakt hun begraafplaatsen nu goed voor een interessante wandeling en een bezoek aan een museum gewijd aan de ontwikkeling van de psychiatrie. Bartho Hendriksen beschrijft zo’n wandeling met museumbezoek op Dennenoord in Zuidlaren.

Lees verder

Begraafplaats Dennenoord, Zuidlaren

Heimwee naar het Weekend van de Begraafplaats?

Bezoek een begraafplaats tijdens Open Monumentendag

Het laatste Weekend van de Begraafplaats vond plaats in 2021. Veel beheerders van (historische) begraafplaatsen en bezoekers kijken met plezier en weemoed terug op deze bijzondere dagen. Tijdens het weekend – eerder tijdens de Week – zetten begraafplaatsen hun poorten open en organiseerden tal van activiteiten. Deelname van begraafplaatsen aan Open Monumentendag was het alternatief voor het wegvallen van de Week.

Weekend van de Begraafplaats

Dit jaar is het thema van Open Monumentendag ‘Erfgoed van routes, netwerken en verbindingen’. Onder de slogan ‘Onderweg’ worden in het weekend van 14 en 15 september tal van activiteiten georganiseerd en zetten monumenten hun deuren open.

Meer dan honderd begraafplaatsen – 117 om precies te zijn (stand 26 augustus) – doen mee aan Open Monumentendag. Een mooi aantal. Je vindt alle deelnemende begraafplaatsen en hun activiteiten op de website van OM. Trek er weekend op uit en geniet van de rust, de ruimte, de architectuur, het ontwerp, het groen en de geschiedenis van de begraafplaatsen.

Het grafeiland van baron van Brakell in Ommeren

Aan de Provincialeweg N320 (Culemborg – Kesteren) ligt ter hoogte van Ommeren op het landgoed den Eng het Streekmuseum Baron van Brakell. De baron was een bijzonder man. Daarover waren zijn tijdgenoten het eens. Een militaire loopbaan lag voor de hand voor een man van zijn stand, maar een ‘ongemak aan den voet’ weerhield hem daarvan. Hij werd boer, of liever landbouwpionier.

Ommeren - graf baron van Brakell
Bruggetje naar het romantische grafeiland

Van Brakell (1768-1852) was niet alleen zijn tijd vooruit in het boerenbedrijf, maar ook in de omgang met zijn pachters. De baron en zijn vrouw bewoonden Huize Den Eng. Het huidige huis, schuin tegenover het museum, staat op de plek van het in de Tweede Wereldoorlog verwoeste oorspronkelijke landhuis. Het echtpaar kreeg geen kinderen en liet al zijn geld na aan een fonds voor de behoeftigen in Meerten, een buurtschap ten zuiden van Lienden. Ook de bouw van het nieuwe museum werd uit de nalatenschap bekostigd.

Grafeiland
Geldersch Landschap en Kasteelen beheert het landgoed den Eng. Bij de receptie van het museum ligt een folder met een bomenlijst aan de hand waarvan je door het bosplantsoen, ook wel door Van Brakell de ‘wandeling’ genoemd, wandelt. In het bos stond op een heuveltje zijn kerkje. Na de dood van Van Brakell in 1865 raakte het kerkje in onbruik. In de vijver direct achter het museum ligt een eilandje, waar Van Brakell en zijn vrouw liggen begraven. Achter de vijver ligt nog een heuveltje, waar zijn paarden werden begraven.

‘Hieronder rusten / F.L.W. van Brakell / geb.8 april 1788 / ontslapen 11 augustus 1865 / en / A.F.C.J. van Brakell / geb. van Nijverheim / den 4 sept. 1804 / overleden 1 febr 1892’.

Jean-Jacques Rousseau
Ongetwijfeld is de Franse filosoof Jean-Jacques Rousseau (1712-1778) hun grote inspirator geweest. Rousseau werd op 4 juli 1778 begraven op het Île des Peupliers in Ermenonville (departement Oise), dat uitgroeide tot een bedevaartsoord voor zijn vele bewonderaars. Op 11 oktober 1794 werd zijn stoffelijk overschot verplaatst naar het Panthéon , waar ze bij de overblijfselen van Voltaire werden geplaatst.

De Betuwe zoals het was
Het streekmuseum Baron van Brakell geeft een aardig beeld van het wonen en werken in de West-Betuwe in vroegere tijden. In de kelder staat een imposante collectie boerenwagens die vroeger in het Rivierengebied werden gebruikt. Met enkele handelingen konden deze wagens als waren het moderne MPV’s gebruikt worden voor het vervoer van graan, personen en soms voor begrafenissen. In de kelderruimte staan twee grote rouwkoetsen opgesteld.

Algemene begraafplaats Oostknollendam

Vereniging tot Beheer en Instandhouding van de Begraafplaats te Oostknollendam, Dorpsstraat

Bron: De Orkaan, maandag 15 april 2024

In Nederland hebben 895 begraafplaatsen het tot ‘Rijksmonument’ geschopt. Daarbij is slechts één particuliere begraafplaats aldus Bart van der Laan (en waarom zouden we hem niet geloven). En die ligt in Oostknollendam. Dat is dus uniek in Nederland; vrijwel alle begraafplaatsen in ons land vallen onder een gemeente en/of kerk.

Van weiland tot dodenakker
In 2024 schreef Henk Elzenga voor het blad van Zaans Erfgoed: ‘Van weiland tot dodenakker. De geschiedenis van de historische begraafplaats van Oostknollendam‘. Dat is online te lezen via deze link (pag. 30-31).

Begraafplaats Wolfheze

Honderden betonnen paaltjes met een nummer

Verscholen in de bossen rond Wolfheze ligt de locatie Wolfheze van Por Persona, een organisatie die zich richt op het bieden van geestelijke gezondheidszorg in Gelderland. Tegen de westgrens van het terrein verschuilt zich de begraafplaats waar patiënten, medewerkers en sinds 1993 ook dorpsbewoners worden begraven. De instellingsbegraafplaats heeft een oppervlakte van een hectare en telt ongeveer zevenhonderd graven.

De eerste bewoning van het gebied rond het huidige dorp Wolfheze dateert van 2000 v. Chr. De bewoners begroeven hun doden of plaatsten de asurnen in grafheuvels. In 1910 zijn zeven grafheuvels onderzocht, waarbij klokbekers, vuurstenen pijlpunten en een koperen dolk zijn gevonden. Deze bewoners hadden geen vaste verblijfplaats, ze trokken rond op zoek naar jachtgebieden. Pas rond 1000 na Chr. is er sprake van een dorp met kerk en enkele boerenhoeven. In de late middeleeuwen werd Laag- of Oud-Wolheeze, gelegen op ongeveer een kilometer ten zuiden van het huidige dorp, grotendeels verlaten. De Spanjaarden maakten in 1585 de restanten van het dorp met de grond gelijk. In 1845 werd station Wolfhezen aan de spoorlijn Utrecht-Arnhem. Rond het station ontstond bebouwing.

In december 1905 koopt ‘De Vereeniging tot Christelijke Verzorging van Geestes- en Zenuwzieken in Nederland’ (VCVGZ) 89 hectare grond ten zuidwesten van het station Wolfhezen (toen geschreven nog met een ‘n’ aan het einde) voor de bouw van haar vierde Krankzinnigengesticht in Nederland. Eerder opende de VCVGZ locaties in Ermelo (Veldwijk), Den Haag (Bloemendaal) en Zuidlaren (Dennenoord).
Eind 1907 was de eerste bouwfase voltooid en werd het gesticht plechtig geopend. De stichting bepaalde (en bepaalt nog steeds) voor een groot deel het dagelijks leven in het dorp. Veel inwoners werken in het ‘gesticht’.

Aanleg begraafplaats
In 1907 richtte de stichting een verzoek aan de gemeente Doorwerth – bijna het gehele terrein lag destijds in de toenmalige gemeente Doorwerth – om op het terrein een eigen begraafplaats te mogen inrichten. Op 4 december 1907 reageerde de gemeente positief op het verzoek. De begraafplaats werd een jaar later aangelegd en omheind met dennen. Op 14 maart 1908 overleed mevrouw W. Goosen (ingeschreven als patiënt nr. 125). Zij werd als eerste begraven op de begraafplaats. Slechts een eenvoudig betonnen paaltje met het nummer 1 markeert haar graf. En zo zou het nog tientallen jaren doorgaan, nummerpaaltjes op de graven van de doden. Alleen in het register werden hun namen genoteerd.

Nummerpaaltjes

Personeelsleden en dorpsbewoners
Ook personeelsleden van de Stichting kregen vaak hun laatste rustplaats op het terrein. Wie op het terrein van het gesticht woonde en werkte, kon daar ook – zij het op een apart gedeelte van de begraafplaats – worden begraven. Zij kregen wel een grafsteen met hun naam en geboorte- en overlijdensdatum.
In 1993 kreeg de begraafplaats een opknapbeurt waarbij het terrein werd uitgebreid. Sinds die tijd worden er naast bewoners en personeelsleden ook veel dorpsbewoners begraven.

Bombardement met 87 slachtoffers​
Het bombardement van de geallieerden op Wolfheze op zondagmorgen 17 september 1944 eiste vele doden, zowel onder de dorpsbewoners als onder patiënten en hun verzorgers. In de loop van de week na het bombardement groeide het aantal doden zelfs tot 87 (50 patiënten en 37 burgers/personeelsleden). Op vrijdag 22 september vond de begrafenis van de slechtoffers plaats, als het in de lucht eindelijk vrij rustig is. Zes burgers werden op verzoek van de nabestaanden elders begraven.
Op 17 september 1946 (twee jaar na bombardement) werd, na een herdenkingsdienst in Gereformeerde Kerk, op het massagraf van personeel en burgers het monument onthuld. Pas later werden bij het massagraf van de patiëntn drie herdenkingsstenen geplaatst in een gemetselde entourage.

Verantwoording
Bron: Wolfheze, www.wolfheze.nl. Bezoek aan de begraafplaats en museum 20-5-2018 en 5-11-2023,

Gemeentelijke begraafplaats Apeldoornseweg in Vaassen

De Algemene Begraafplaats Zwanenweg, nu bekend als Gemeentelijke begraafplaats Apeldoornseweg, werd in 1829 in gebruik genomen. De begraafplaats oogt ruim en groen met veel bomen, struiken en grasvelden. De laatste jaren is er veel bovengronds geruimd, dat verklaart de vele open plekken. Op de begraafplaats worden geen nieuwe graven meer uitgegeven, wel vinden er bijzettingen plaats. Bijzondere elementen zijn de grafkelder van de familie Isendoorn à Blois en enkele fraaie gietijzeren graftekens, geleverd door Gieterij Vulcanus waarvan de fabriek in Vaassen stond.

Grafkelder familie Van Isendoorn

Grafkelder familie Van Isendoorn

Opvallend is de grote grafkelder van de familie Van Isendoorn. Een steile trap leidt naar een groene deur waarachter de kelder zich uitstrekt. Boven de deur prijkt het jaartal 1856. Daarboven zijn steentjes met de grafnummers 41 tot en met 46 ingemetseld. De familie Van Isendoorn bewoonde meer dan driehonderd jaar Kasteel Cannenburch.

Reinder d’Isendoorn à Blois (1786-1856) werd als eerste bijgezet. Begraven in de familiekelder in de dorpskerk in Vaassen was sinds 1829 niet langer toegestaan. Deze speciaal gebouwde grafkelder bood uitkomst.
Zijn broer Frederik (1784-1865) werd in 1865 bijgezet. Hij was in 1847 getrouwd met Charlotta barones van Oldeneel tot Oldenzeel (1809-1881). Zij woonde tot haar overlijden op het kasteel waarna haar erfgenamen de Cannenburch verkochten. Zij werd begraven op het parochiekerkhof op de Oosterhof in Vaassen. Het echtpaar had geen kinderen.

15 AUGs PB 1866

In de jaren 1960 was er een grote renovatie nodig. Door hoge druk van de grond bezweek een muur van de kelder. Waar er jarenlang vraagtekens waren over het aantal lichamen in de kelder kwam bij de herstelwerkzaamheden vast te staan dat ook Peter Bervoets in augustus 1866 werd bijgezet. Hij was de jachtopziener van de broers Isendoorn. Hij wordt herdacht met een gietijzeren kruis met het opschrift  ’15 AUGs PB 1866’ op het grasveld boven de kelder.

Bronnen
Bezoek begraafplaats 14 mei 2024
Historische Vereniging Ambt Epe

© 2024 Over de groene zoden

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑

Follow by Email
Facebook
Instagram