De Telegraaf, 13-3-2021
Door Hortence Chen
Foto’s Mary Kuiper

Steeds vaker trekken mensen eropuit om een wandeling over een begraafplaats te maken. Behalve laatste rustplekken zijn het vaak ook mooie wandellocaties. Van het klassieke Soestbergen in het centrum van Utrecht tot Rockanje in de duinen: volgens kenners is er altijd wel een begraafplaats in de buurt die tot een wandeling uitnodigt.

De Ring van Zocher is een grafheuvel van 3,5 meter hoog, 165 meter diameter en de enige in Europa.
Het weer past precies bij het clichébeeld dat we kennen van droevige scènes op een kerkhof. De zon laat zich niet zien en de regen komt met bakken uit de hemel. Behalve het harde gekletter van druppels op onze paraplu is het helemaal stil.

Totdat we een trein voorbij horen komen. Dat heeft iets symbolisch, vindt Suzanne van Leendert. „Leven en dood komen hier samen”, mijmert ze. „Terwijl mensen hier begraven liggen, gaat het leven gewoon door.”

Met Van Leendert staan we op de algemene begraafplaats Soestbergen in haar woonplaats Utrecht. Direct aan het spoor, midden in de stad en toch ver van de drukte. Een oase van rust die in 1830 door architect Jan David Zocher jr. als wandelpark in de Engelse landschapsstijl is aangelegd.

Kronkelende paden, verrassende doorkijkjes en treurbomen maken Soestbergen een sfeervolle plek. Wat deze begraafplaats vooral uniek maakt, is de Ring van Zocher: een grafheuvel van 3,5 meter hoog en een diameter van 65 meter. Het is de enige in heel Europa.

Grafkelders
De rotonde (of taart, zoals de Ring van Zocher ook wel wordt genoemd), bestaat uit vijf ringmuren met daarin 170 grafkelders. Oorspronkelijk was de rotonde bedoeld voor prominente burgers zoals aartsbisschoppen die uit hygiënisch oogpunt geen gebruik meer van familiegraven in de kerk konden maken.

Oude begraafplaatsen zoals Soestbergen in Utrecht, vertellen iets over de geschiedenis en cultuur van een stad.
Oude begraafplaatsen zoals Soestbergen in Utrecht, vertellen iets over de geschiedenis en cultuur van een stad.Ⓒ RENE BOUWMAN
Tegenwoordig kunnen ook gewone stervelingen op de rotonde worden begraven. Een flinke klus, weet Van Leendert. „Om in een grafkelder te worden bijgezet, moet eerst flink worden gegraven. De ingangen van de kelders zijn niet makkelijk te vinden. Dat maakt het lastig.”

Van Leendert neemt ons mee de ring op omdat zij de knekelput in het midden van de taart wil laten zien. Oppassen geblazen, want vanwege de regen is het op sommige stukjes glad en bovendien willen we niet over graven heen lopen. Eenmaal boven kijken we in een groot gat dat ooit was bedoeld om de beenderen van de overledenen in te bewaren nadat hun graven waren geruimd. Uiteindelijk is dat nooit gebeurd.

Cultuur
Van Leendert maakte een documentaire over onder andere deze begraafplaats met de titel Zielen van Utrecht. Ook schreef zij onlangs een wandelroute voor het boek Over de groene zoden deel 2 van Terebinth, een stichting die zich inzet voor behoud van funerair erfgoed.

Zij heeft een fascinatie voor begraafplaatsen. Het zijn plekken waar ze tot rust komt maar waar zij zich ook geïnspireerd voelt. „Een begraafplaats laat me steeds weer zien dat het leven vergankelijk is en dat je er wat moois van moet maken. Dat geeft me ook een bepaalde rust, want doodgaan kan ik zo makkelijker accepteren.”

Het zijn vooral oude begraafplaatsen die haar bekoren. „Die vertellen iets over de geschiedenis en cultuur van een stad. Onder meer over hoe men met rouwen en de dood omging.”

In het buitenland bezoekt ze graag een begraafplaats. Van Père-Lachaise in Parijs, met drie miljoen bezoekers per jaar de meest bezochte begraafplaats ter wereld, is ze onder de indruk. Daar liggen beroemdheden als componist Frédéric Chopin, rockzanger Jim Morrison, chansonnière Edith Piaf en schrijver Oscar Wilde. Ook Glasnevin in Dublin vindt ze een bezoek waard.

Suzanne van Leendert heeft een fascinatie voor begraafplaatsen. Het zijn plekken waar ze tot rust komt maar waar zij zich ook geïnspireerd voelt. Over Soestbergen maakte Leendert de film ’Zielen van Utrecht’. Ze vergelijkt de Utrechtse begraafplaats met het beroemde Père-Lachaise in Parijs.
Suzanne van Leendert heeft een fascinatie voor begraafplaatsen. Het zijn plekken waar ze tot rust komt maar waar zij zich ook geïnspireerd voelt.
Volgens Van Leendert is Soestbergen te vergelijken met Père-Lachaise. „Net zo mooi, maar dan kleiner”, meent ze. Tien jaar geleden bezocht ze Soestbergen voor het eerst. „Wat ik in buitenlandse begraafplaatsen zocht, vond ik opeens op fietsafstand van mijn huis.” Tegenwoordig komt ze er regelmatig.

Het graf van de Nederlandse architect en meubelmaker Gerrit Rietveld (1888-1964) is er een zonder veel poespas. Het verhaal erachter is daarentegen wel bijzonder, want Rietveld is hier in 1995 herbegraven op verzoek van zijn kinderen die niet wilden dat hij in Bilthoven naast zijn geliefde Truus Schröder lag, maar naast zijn eerdere echtgenote Vrouwgien Hadders. Toch werd Rietveld niet met Hadders herenigd omdat haar graf al was geruimd.

Imposant
Ook het graf van schrijver en dichter Nicolaas Beets (1814-1903) is er een dat Van Leendert ons graag toont. Beets’ graf is nog onopvallender dan dat van Rietveld. Alleen zijn naam op de steen onthult dat er een bekendheid ligt. „Beets wilde eigenlijk niet op de steen worden vermeld”, weet Van Leendert. „Hij ging er vanuit dat hij na de wederopstanding een andere naam zou krijgen.”

Op Soestbergen zijn meer plekken waar we even stoppen. Het imposante familiegraf van Grothe, het vier meter hoge monument voor Jan Coenraad Koopman, het kolossale natuurstenen mausoleum van de familie Van Beuningen en het monument voor hoogleraar tandheelkunde dr. Anthony Cornelis van Woerden (1804-1866). Ook de oorlogsgraven en het Korea-monument worden niet overgeslagen.

We lopen langs alle plekken waarover Van Leendert schrijft in Over de groene zoden 2, waarin in totaal 24 wandelroutes over begraafplaatsen in heel Nederland zijn beschreven.

Kronkelende paden, verrassende doorkijkjes en treurbomen; de Utrechtse begraafplaats Soestbergen werd in 1830 aangelegd als wandelpark in Engelse landschapsstijl.
Kronkelende paden, verrassende doorkijkjes en treurbomen; de Utrechtse begraafplaats Soestbergen werd in 1830 aangelegd als wandelpark in Engelse landschapsstijl.Ⓒ RENE BOUWMAN
Terebinth bracht deel 1 in 2015 uit. „Hoog tijd voor routes waarover nog niet was geschreven”, zegt Korrie Korevaart van de stichting. Het tweede deel is goed getimed want wandelen over kerkhoven is in coronatijd volgens Korevaart meer in trek. „Veel mensen hebben de begraafplaats ontdekt. Dat rondje door het park kennen de meeste mensen nou wel. Ze zoeken in hun omgeving nieuwe plekken om te ontdekken en waar ze tot rust kunnen komen.”

Bovendien kunnen belangstellenden iets opsteken van hun lokale cultuur en geschiedenis. Korevaart: „Voor de crisis gingen we op vakantie naar het buitenland om een andere cultuur te verkennen. Nu verdiepen veel mensen zich in die van hun eigen stad of dorp.”

„De namen op de grafstenen vertellen wie er in de omgeving hebben geleefd en zijn gestorven en de monumenten verklappen wie de belangrijke families waren. Achter elke naam zit een verhaal.”

Korevaart beschrijft in Over de groene zoden 2 haar favoriete wandelroute: de Nieuwe Algemene Begraafplaats in Rockanje in de duinen. „Een prettige wandeling van een paar uur in groen en rust.” De route leidt over heuvels en door dalen waardoor nog goed is te zien dat de begraafplaats ooit een duinlandschap is geweest.

Wie haar route volgt, komt onder meer langs lokale helden als voormalig hoofd van de openbare basisschool Cornelis Langendoen (1894-1983), huisarts Jan Hendrik van Soest (1899-1968) en architect en stedenbouwkundige Pieter Verhagen (1882-1950), de ontwerper van de begraafplaats. Ook boeren en tuinders liggen er. „Je vindt er echt een afspiegeling van het dorp”, vindt Korevaart. „Als je geluk hebt, spot je ook een ree.”

Die vinden we in het centrum van Utrecht uiteraard niet. Maar inmiddels is het opgehouden te regenen. Terwijl de zon doorbreekt, horen we vogeltjes fluiten. Bijna symbolisch.

Leven en dood
Op Soestbergen vind je veel symboliek. Zo staan er verspreid over de begraafplaats meerdere afgebroken zuilen die symbool staan voor het leven dat abrupt is opgehouden. Net als de omgekeerde fakkels bij de ingang. Houtzaagkunstenaar Dave Harmsworth maakte in 2019 een kunstwerk, net naast het spoor, door twee oude beuken in de vorm van een duif en raaf te zagen. De duif staat voor het leven, de andere vogel voor de dood.